CODE DEUGDELIJK BESTUUR SYNTRA Brussel

De Vereniging hanteert volgende principes van deugdelijk bestuur die elke bestuurder onderschrijft en waarnaar elke bestuurder handelt:

  1. Het Bestuursorgaan van de Vereniging beschikt over de nodige autonomie, competenties en objectiviteit om zijn verantwoordelijkheden inzake strategische sturing en controle van het Dagelijks Bestuur en directie te kunnen uitvoeren.
  2. Het Bestuursorgaan wordt samengesteld met de nodige aandacht voor expertise, diversiteit en complementariteit.
  3. Het Bestuursorgaan kwijt zich op een doeltreffende en efficiënte manier van zijn taken en levert zodoende een waardevolle bijdrage tot de realisatie van de doelstellingen van de Vereniging.
  4. De Vereniging beschikt over een directieteam onder leiding van de Afgevaardigd Bestuurder.
  5. Elke bestuurder regelt zijn persoonlijke en zakelijke belangen zodat er geen rechtstreekse of onrechtstreekse belangenconflicten met de Vereniging ontstaan. Indien een bestuurder alsnog, rechtstreeks of onrechtstreeks, een belang heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting van het Bestuursorgaan, moet hij/zij dit meedelen aan de andere bestuurders voor dat het orgaan een besluit neemt. De bestuurder met het tegenstrijdig belang verwijdert zich uit de vergadering en onthoudt zich van de beraadslaging en de stemming over de aangelegenheid waarop het betrekking heeft. In de notulen van de vergadering kan melding van dit conflict worden gemaakt.
  6. Alle leden van het Bestuursorgaan zijn transparant over hun bestuursfuncties en politieke engagementen
  7. Een kandidaat-bestuurder informeert zich grondig alvorens een bestuursmandaat te aanvaarden.
  8. De bestuurder gaat bewust om met zijn taken als bestuurslid door de vergaderingen goed voor te bereiden en actief deel te nemen aan de bespreking.
  9. De bestuurder kent en respecteert het wettelijke kader waarbinnen de Vereniging opereert. De bestuurders dragen bij aan een correcte toepassing van de wet, codes, charters en procedures die op de Vereniging van toepassing zijn.
  10. Een bestuurder gedraagt zich integer, eerlijk en loyaal en streeft hierbij ook naar een onafhankelijke houding. Bestuurders mogen zich in hun beslissing niet laten leiden door persoonlijke of professionele relaties met andere bestuurders of belanghebbenden.
  11. De bestuurder handelt steeds in het belang van de Vereniging.
  12. Het Bestuursorgaan is een collegiaal orgaan. De bestuurder streeft in het nemen van een beslissing naar consensus met de andere bestuurders. Indien er geen consensus mogelijk is, steunt de bestuurder de meerderheidsbeslissing van het orgaan.
  13. De bestuurder is zich terdege bewust van het belang van een goede samenwerking met alle stakeholders: medewerkers, directieteam en overheid. In deze samenwerking wordt gestreefd naar wederzijds respect en constructieve dialoog.
  14. De bestuurder onderkent de sterke maatschappelijke rol die de Vereniging vervult en tracht daarbij een bedrijfseconomische ratio te verzoenen met het invullen van deze rol.
  15. Bestuurders moeten goed, tijdig en volledig geïnformeerd zijn om met kennis van zaken te kunnen oordelen en beslissen.
  16. Bestuurders gaan in alle omstandigheden discreet om met vertrouwelijke informatie. Zowel de inhoud van de voorbereidende documenten, de beraadslaging tijdens de vergaderingen als de verslagen ervan zijn vertrouwelijk en worden niet verspreid naar derden.
  17. Bestuurders houden hun kennis en expertise up-to-date om met kennis van zaken te kunnen oordelen.
  18. Bestuurders nemen hun engagement op door steeds maximaal aanwezig te zijn op de vergaderingen. Bij twee opeenvolgende ongemelde afwezigheden kan door het Bestuursorgaan het ontslag van de betreffende bestuurder aan de Algemene Vergadering worden voorgesteld, dan wel, indien het over een bestuurder-rechtspersoon gaat, aan de betreffende rechtspersoon te vragen in de vervanging van haar vaste vertegenwoordiger te voorzien.
  19. Bestuurders nemen deel aan de collectieve evaluatie van het Bestuursorgaan. Het Bestuursorgaan evalueert regelmatig zijn samenstelling en zijn prestaties met het oog op een voortdurende verbetering van het bestuur van de organisatie.